Ga langs bij beroemdheden!
Klop aan bij beroemdheden uit Les Pays de la Loire. Sommige huizen hebben het keurmerk ‘Maisons des Illustres’ en zijn nog in originele staat. Neem een adembenemende duik in de wereld van deze legendarische figuren.
Het huis van Georges Clemenceau, Saint-Vincent-sur-Jard (Vendée)
Het eenvoudige vissershuisje waar staatsman Georges Clemenceau zich op 78-jarige leeftijd terugtrok is helemaal intact gebleven na zijn dood. Je zou bijna geloven dat hij even weg is voor een wandeling tussen de cipressen en pijnbomen. De witte façade herbergt persoonlijke objecten van de man die ook wel De Tijger werd genoemd. Zijn duelleerpistool, souvenirs uit zijn favoriete land Japan, 1500 boeken uit de bibliotheek, zijn jachttrofeeën, het verhoogde bed van waaruit hij de zee kon zien. En het bureau waar de voormalig premier menige werken schreef en dat uitkijkt op de oceaan. Op een duin had hij samen met zijn vriend Claude Monet een tuin ontworpen in impressionistische kleuren.
De appartementen van Cambronne, Nantes (Loire-Atlantique)
Het chique plein Cours Cambronne draagt de naam van Pierre Cambronne, generaal in het leger van Napoleon. Er staat ook een standbeeld op de Rue Jean-Jacques Rousseau nummer 3. Hier woonde de beroemde generaal gedurende 22 jaar na zijn pensioen, als hij niet op zijn landgoed La Baugerie in Saint-Sébastien-sur-Loire verbleef. Cambronne, die later de titel burggraaf kreeg, is geboren in Nantes en was erg gehecht aan zijn stadsappartement. Dat bestaat uit aaneengeschakelde suites op een oppervlakte van 200 m², in de stijl van de stedenbouwkundige Haussmann. In de sociëteit Cambronne, zoals het nu heet, worden tegenwoordig recepties en evenementen gehouden. Bezichtigen van het prachtige interieur kan op aanvraag of tijdens de Open Monumentendagen.
Het huis van Robert Tatin, Cossé-le-Vivien (Mayenne)
In 1962 installeerde de kunstenaar Robert Tatin zich samen met zijn vrouw Lise in dit oude landhuis in het buurtschap La Frénouse. Het was de start van een wonderbaarlijk oeuvre van monumentale beeldhouwwerken die verrezen in de weilanden rondom de woning. Hij bouwde 21 jaar aan zijn creaties, die doen denken aan de fantasiebouwsels van Ferdinand Cheval. Het landgoed bevat ook een museum met schilderijen van de kunstenaar. Het gebouw waar Robert Tatin woonde is eveneens te bezichtigen. In een hoek staan de klompen en de penselen van de eigenaar, een kleine tv, een zonnescherm geïnspireerd op Gaudí en een tafel van boomstammen. In de tuin bevindt zich het graf van de eigenzinnige bouwer.
Het huis van Julien Gracq, Saint-Florent-le-Vieil (Maine-et-Loire)
De vermaarde schrijver Julien Gracq hield zich afzijdig van het mondaine leven van de Parijse salons. In 1951 weigerde hij de Prix Goncourt voor zijn roman Le rivage des Syrtes. Hij koos ervoor om zijn oude dagen te slijten aan de oevers van de Loire in het huis waar hij opgroeide. In zijn testament nam hij op dat het gebouw, halfweg tussen Nantes en Angers, een plek zou worden waar schrijvers konden wonen en werken. In het tweede gebouw van het landgoed, de oude zoutvoorraadschuur, zit de Chambre des cartes. Een voor publiek toegankelijke ruimte waar de geografische passie van de auteur tot zijn recht komt. Op de eerste verdieping bevindt zich een opmerkelijke bibliotheek die te bezichtigen is op aanvraag. Je kunt er zowel boeken vinden van Gracq als een selectie werken van schrijvers en artiesten uit zijn tijd.